Er is een nieuwe juridische strijd losgebarsten over een gezonken, Spaans oorlogsschip dat bijna drie eeuwen lang onaangeroerd op de bodem van de oceaan heeft gelegen. Het geschil gaat over wie de rechten heeft op de vele miljarden euro’s aan schatten die er in het wrak te vinden zouden zijn.

Het galjoen San José, dat in 1708 zonk voor de kust van de Colombiaanse stad Cartagena, bevat “de grootste schat in de geschiedenis van de mensheid”, blijkt juridische documenten die in oktober zijn ingediend door de regering van Colombia.

Meer dan driehonderd jaar nadat de San José zonk, klaagt het Amerikaanse bergingsbedrijf Glocca Morra de Colombiaanse regering aan. Het bergingsbedrijf eist het de helft van de schatten aan boord op, omdat het in 1981 als eerste het wrak zou hebben ontdekt.

Toen de San José in 1708 ten onder ging in een gevecht met Britse schepen, had het Spaans schip naar verluidt de meest waardevolle lading ooit aan boord, bij een verscheping vanuit de Nieuwe Wereld naar Europa: het zou gaan om onder meer 7 miljoen peso’s, 116 stalen kisten vol smaragden en 30 miljoen gouden munten, blijkt uit rechtbankdocumenten.

Het overgrote deel van de schatten die op weg waren naar Spanje, was met behulp van slavenarbeid uit Colombiaanse en Peruaanse mijnen gehaald.

Tijdens verschillende rechtszaken die in de afgelopen decennia zijn gevoerd, liepen de schattingen van de waarde van de schat uiteen van 4 miljard dollar tot 20 miljard dollar.

Juridische strijd in Colombia om miljardenschat van gezonken Spaans galjoen

De huidige rechtszaak komt voort uit de bewering van bergingsbedrijf Glocca Morra dat deze firma tijdens een ontdekkingstocht in 1981 de eerste resten van het scheepswrak heeft gevonden.

Glocca Morra — dat tegenwoordig bekend staat als Sea Search Armada — zegt de coördinaten van de locatie waar de resten werden gevonden, te hebben overgedragen aan de Colombiaanse regering en daarbij een overeenkomst te hebben gesloten dat het bedrijf de helft van de schatten aan boord van het schip zou krijgen.

Maar in een repliek van de Colombiaanse regering van afgelopen maand worden de meeste claims van Sea Search Armada bestreden. Zo ontkent de Colombiaanse overheid dat de San José gevonden is op de coördinaten die het bedrijf had overhandigd.

In een rapport van de Colombiaanse regering uit 1994 wordt al gesteld dat er geen scheepswrak is gevonden op of in de buurt van de coördinaten die werden vermeld in het oorspronkelijk rapport uit 1982 van Glocca Morra over de missie, zo staat in door Colombia ingediende rechtbankdocumenten.

Foto: ARMADA DE COLOMBIA

Glocca Morra heeft nooit expliciet de vondst van de San José gemeld in zijn rapport in 1982, omdat er geen scheepsnaam in werd genoemd, stelt de Colombiaanse regering. In zijn aanklacht stelt Sea Search Armada dat er in het rapport gesproken werd over "een groot scheepswrak."

"Hoe kan worden verklaard dat een bedrijf de grootste schat in de geschiedenis van de mensheid vindt en daar vervolgens geen verslag over uitbrengt", schrijven de advocaten van de Colombiaanse staat in repliek op de claim van het bergingsbedrijf. "Het antwoord is simpel: omdat ze het niet hebben gevonden."

In 2015 zei toenmalig president van Colombia, Juan Manuel Santos, dat het echte scheepswrak van de San José eindelijk was ontdekt, maar hij maakte de coördinaten van de locatie niet openbaar, omdat die een "staatsgeheim" zijn.

Colombia zegt sindsdien dat het schip en zijn schatten nationaal erfgoed zijn en in het land moeten blijven.

Sea Search Armada beschuldigt de Colombiaanse marine er intussen van dat het simpelweg hetzelfde gebied met scheepsresten heeft 'ontdekt' als het bergingsbedrijf in 1981.

Het bedrijf eist met een beroep op het US-Colombia Trade Promotion Agreement een compensatie van 10 miljard dollar, de helft van de geschatte waarde van de schatten aan boord.

De zaak zal worden behandeld door het Permanent Hof van Arbitrage in Den Haag, dat is opgericht om geschillen tussen staten vreedzaam te beslechten. Er worden de komende maanden hoorzittingen gehouden in de zaak en de rechtbank streeft ernaar in februari uitspraak te doen. 

Te midden van die juridische strijd wordt de race om de schat boven water te halen steeds spannender. De Colombiaanse president Gustavo Petro wil dat het schip voor het eind van zijn regeringstermijn in 2026 wordt geborgen, zei minister van Cultuur Juan David Correa tegen persbureau Bloomberg. Hij wil dat voor elkaar krijgen door publiek-private samenwerking of door het inhuren van een particulier bedrijf.

Op foto's en filmpjes van het schip is te zien dat er munten, fijn porselein en kanonnen op de bodem van de oceaan liggen op de plek waar de San José gezonken is.

LEES OOK: Domper voor pizza-puristen: op een fresco in Pompeï is te zien hoe de oude Romeinen een verre voorganger van de pizza aten met fruit dat aan ananas doet denken